Profeet Muhammad (vrede en zegeningen zij met hem) heeft vele wonderen verricht om de mensheid vanuit de duisternis naar het licht te brengen. Zijn grootste wonder is de heilige Quraan. De heilige Quraan is precies in zijn oorspronkelijke vorm gebleven, zonder dat er enige verandering in is aangebracht. Dit is buitengewoon, omdat geen enkel ander heilig boek in de oorspronkelijke vorm bewaard is gebleven. Het is echter ook een wonder, omdat dit aan Profeet Muhammad (vrede en zegeningen zij met hem) is geopenbaard. Allah, de Almachtige, openbaart in de heilige Quraan:
{Voorzeker, Wij hebben de Quraan geopenbaard en Wij zijn de Beschermers ervan.}
(Soerah al-Hijr, Aayah 9)
Het bovenstaande Quraan vers toont buitengewone kennis van de toekomst, en gaat gepaard met een uitdaging en de claim van het Profeetschap van Profeet Muhammad (vrede en zegeningen zij met hem). Het Quraan vers is een uitdaging, omdat de tegenstanders van de Islaam zouden proberen om het vermeende ongelijk van het bovenstaande Quraan vers te bewijzen door de heilige Quraan te veranderen. Het feit dat niemand in staat is geweest om de heilige Quraan te kunnen veranderen, versterkt het wonder verder want het laat zien dat de Schepper het Boek beschermt.
De heilige Quraan was welbekend en werd in de tijd van de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) in het openbaar onderwezen. Profeet Muhammad (vrede en zegeningen zij met hem) moedigde zijn volgelingen aan om de heilige Quraan te onderwijzen, te verspreiden en elke letter uit het hoofd te leren. De metgezellen van de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) waren stellig overtuigd dat de heilige Quraan een openbaring van Allah, de Almachtige, is. Onzorgvuldig beschermen, onzorgvuldig verspreiden of onzorgvuldig onthouden was ondenkbaar. De heilige Quraan werd verspreid en het bleef van generatie op generatie overgaan. Tot de dag van vandaag zijn er miljoenen Moslims die de heilige Quraan van kaft tot kaft uit het hoofd kennen. De welsprekendheid van de heilige Quraan is majestueuzer dan al het andere dat in het Arabisch wordt geschreven of gesproken. De heilige Quraan is hierdoor sneller herkenbaar en is makkelijk te onderscheiden van andere Arabische teksten.
Een ander wonder van de heilige Quraan is de uitdaging, aan degenen die niet geloven in Profeet Muhammad (vrede en zegeningen zij met hem), om een Soerah na te bootsen. Allah, de Almachtige, openbaart in de heilige Quraan:
{En indien gij in twijfel zijt omtrent hetgeen Wij aan Onze bijzondere dienaar hebben geopenbaard, komt dan aan met een hoofdstuk, dat eraan gelijk is en roept al uw helpers op buiten Allah, indien gij oprecht zijt.}
(Soerah al-Baqarah, Aayah 23)
Om de wetenswaardigheid van deze uitdaging te begrijpen, dient men voor ogen te houden dat welsprekendheid een centraal onderdeel was bij de Arabieren. De Arabieren waren trots op hun expertise als dichters en openbare sprekers. Rivaliteit in welsprekendheid was een onderdeel van hun cultuur. Het tegen elkaar opnemen in poëzie tussen stammen en individuen was een dagelijkse routine. Zoals in elke menselijke inspanning, wordt de record van een prestatie uiteindelijk verbroken of er zal iemand komen die op zijn minst een gelijkwaardig niveau zal bereiken.
De uitdaging om de heilige Quraan na te bootsen was dus niets nieuws voor de Arabieren. Het enige wat nieuw was, was hun besef dat niemand deze uitdaging zou kunnen waarmaken. Uiteindelijk werden de Arabieren sprakeloos achtergelaten en waren zij niet in staat om zelfs een serieuze poging te ondernemen.
De uitdagingen
De vijanden van de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) waren van mening dat de heilige Quraan een verzinsel was. Om het gelijk van hun valse bewering te kunnen bewijzen, werden zij uitgedaagd. Als zij de uitdaging konden waarmaken, dan hadden zij het bij het juiste eind. De eerste uitdaging van de heilige Quraan was om iets te brengen wat er gelijk aan was. Geen enkel persoon slaagde erin om deze uitdaging waar te maken. De uitdaging werd toen drastisch vergemakkelijkt. Men hoefde slechts tien Soerah's na te bootsen om het vermeende ongelijk te bewijzen. Allah de Verhevene openbaart:
{Of zij zeggen: "Hij (Muhammad) heeft het (de Quraan) verzonnen?" Zeg: "Brengt dan tien dergelijke verzonnen hoofdstukken voort en roept buiten Allah wie gij kunt, als gij waarachtig zijt.}
(Soerah Hoed, Aayah 13)
Ook dit keer was er niemand die deze uitdaging kon waarmaken. Uiteindelijk werd de uitdaging zodanig vergemakkelijkt dat men slechts 1 Soerah hoefde na te bootsen. Houdt voor ogen dat de kortste Soerah[1] van de heilige Quraan slechts uit 3 verzen bestaat. En ook dit keer slaagde niemand erin om de uitdaging waar te maken.
De vijanden van de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) zagen de uitdagingen om de heilige Quraan na te bootsen, als een ultieme kans om ervoor te zorgen dat de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) zijn aanhangers zou verliezen. De vijanden van de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) waren rijk, machtig en welsprekend. Ze waren met een groot aantal, terwijl de Moslims met een klein aantal waren. Ondanks hun grote aantal, vijandigheid jegens de Islaam en welsprekendheid, waren zij niet in staat om de uitdagingen aan te gaan met hun woorden. Toen het voor hen duidelijk werd dat zij, ondanks hun grote welsprekendheid en de hulp van vele dichters, niet in staat waren om deze uitdaging aan te gaan, namen zij hun toevlucht tot het bestrijden van de Moslims met geweld.
Als de vijanden van de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) in staat waren om de uitdaging aan te gaan met woorden, dan hadden zij dat geprefereerd. En als zij succesvol waren in het nabootsen van maar één Soerah, dan zou dit een bekend historisch feit zijn geweest omdat de motieven om zulk een nieuws te verspreiden door niet-Moslims in overvloed waren.
De uitdaging om de verheven stijl en diepzinnige inhoud te imiteren staat tot op heden open en niemand heeft deze uitdaging kunnen aangaan, ondanks de vele eeuwen die inmiddels zijn verstreken. Vele vijanden van de Islaam wilden niets liever dan slagen in hun poging om de door hun veronderstelde valsheid van de Islaam aan te tonen, welke zij gemakkelijk zouden kunnen doen door de voorspelling die in de heilige Quraan staat dat niemand de Quraan kan nabootsen af te schrijven als onwaar door het wel na te bootsen. De wereld is getuige van zijn eigen onkunde en machteloosheid wat betreft de imitatie van de heilige Quraan, de Openbaring van de Schepper.
Versterkende indicaties
Het grootste wonder van Profeet Muhammad (vrede en zegeningen zij met hem) wordt nog eens versterkt met het feit dat de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) nooit had leren lezen of schrijven. Sterker nog, Profeet Muhammad (vrede en zegeningen zij met hem) vertelde zijn tegenstanders dat zij nooit in staat zullen zijn om de heilige Quraan te kunnen imiteren. Via de openbaring van Allah, de Almachtige, wist de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) dat niemand in staat zal zijn om de heilige Quraan te kunnen evenaren. Alla, de Verhevene, openbaart in de heilige Quraan:
{Zeg: "Indien de mensen en de djinn zich allen tezamen verenigen om het gelijke van deze Quraan voort te brengen, dan zullen zij het gelijke daarvan niet kunnen voortbrengen, ook al zouden zij daarin elkaars helpers zijn.}
(Soerah al-Israa, Aayah 88)
De heilige Quraan bevat ook vele verklaringen die de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) niet zou kunnen weten door middel van gewone middelen. Een voorbeeld hiervan is de beschrijving van wat er zou gebeuren met de ademhaling van een mens indien het in de atmosfeer terecht zou komen:
{En wie Allah ook wenst te leiden, Hij verruimt zijn hart voor de Islaam en wie Hij wenst te laten dwalen, zijn hart maakt Hij eng en zeer beklemd alsof hij een hoogte aan het beklimmen was.}
(Soerah al-An'aam, Aayah 125)
Als aanvulling op het bovenstaande Quraan vers dient men voor ogen te houden dat de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem) nooit had leren lezen of schrijven, nooit naar een school is geweest of omringd was in kringen van kennis en wetenschap. Hij bleef 40 jaar lang in de stad Makkah al-Mukarramah, een plaats zonder wetenschap of educatieve boeken. Op de leeftijd van veertig kwam hij plots met de heilige Quraan: een boek dat een overvloed van wijsheid en kennis bevat en van zeer hoge welsprekendheid is. Dit is iets heel bijzonders, want zo’n boek kan nooit van een persoon komen die nooit had leren lezen en schrijven of enige studie van welke aard dan ook had bestudeerd. De heilige Quraan is zonder enige twijfel een openbaring van Allah, de Almachtige, die is geopenbaard aan Profeet Muhammad (vrede en zegeningen zij met hem). Het is zijn grootste wonder dat tot de dag van vandaag en tot de Laatste Dag door Allah, de Almachtige, beschermd zal blijven voor verandering en corruptie.
[1] De kortste Soerah van de Heilige Quraan is: Soerah Al-Kauthar.